Lagedrukgebied

Een lagedrukgebied, oftewel depressie, is een gebied met een lagere luchtdruk dan de omgeving. Het is de tegenhanger van een hogedrukgebied en staat garant voor wisselvallig weer. Het systeem kenmerkt zich door stijgende luchtbewegingen. Doordat de lucht afkoelt ontstaan wolken die regen of sneeuw veroorzaken. Een lagedrukgebied is vaak herkenbaar aan de soms fraaie krul die op satellietfoto’s te zien is en wordt in weerberichten aangegeven met de letter L (of T (Tief) in het Duits).

Waar valt de sneeuw?

Aan een lagedrukgebied zijn vaak weerfronten verbonden die de grens markeren tussen koude en warme lucht. De meeste bewolking en neerslag ontwikkelt zich langs deze fronten, en als deze de Alpen passeren levert dat soms veel sneeuw op, ook door stuwing.

De lucht rond een lagedrukgebied draait tegen de wijzers van de klok in. Dit betekent dat als een lagedrukgebied onder de Alpen langs trekt vooral de Zuid-Alpen sneeuw krijgen. Voor sneeuw in de Noord-Alpen moet het lagedrukgebied juist ten noorden van de Alpen passeren. Meer informatie hierover vind je onder Nordstau en Südstau.

Roel
is redacteur en sinds 2009 onze vertrouwde wintersportweerman. In het seizoen schrijft hij dagelijks over sneeuw en achtergronden van de wintersport.
Sneeuwalarm

Ontvang gratis een sneeuwalarm per e-mail van jouw bestemming in aanloop naar je wintersport vakantie! De meldingen stoppen automatisch na je vakantie.